De scores op de algemene quiz waren over het algemeen uitmuntend: bijna 80 procent van de deelnemers haalde een dikke voldoende voor de eerste CoaltieQuiz Overijssel. Nu gaan we de diepte in. Hoe goed ken je de uitgangspunten?
Decentraal wat moet, centraal wat kan.
Het accent ligt op achterkantsturing en provinciaal belang.
De bestuursfilisofie van dit akkoord behelst een decentrale insteek gekoppeld aan het instrumentarium van de Wro.
Dat ruimtelijke kwaliteit, sociale kwaliteit en duurzaamheid als krachtige, individuele kerntaken worden beschouwd.
Dat sociale kwaliteit en duurzaamheid integrerend deel uitmaken van de provinciale opgaven.
Dat de budgettering van ruimtelijke ontwikkeling per beleidsveld op zijn eigen merites wordt gehonoreerd.
Met prestatieafspraken richten op diversiteit aan woonlocaties die ruimte biedt aan sociaal zwakke doelgroepen.
De woningmarkt sterk stimuleren om terughoudend om te gaan met de ontwikkelingen rondom collectief particulier opdrachtgeverschap waar dat specifiek zwakkere doelgroepen betreft.
Starters op de woningmarkt, ouderen en sociaal zwakkeren stimuleren.
De inzet op IJsseldelta Zuid, een opgave uit het vorige onderhandelingsakkoord, wordt door dit college afgebouwd.
Het voormalige Deltaprogramma biedt onvoldoende betekenis voor de huidige toekomstbestendige ontwikkeling van Overijssel.
De gebiedsgerichte benadering van de IJssel-Vecht delta is hiermee steeds belangrijker geworden.
De provinciale focus ligt op de gebieden die de stadsrandzoneās omringen.
Grotere kernen als Hardenberg en Steenwijk zullen vanuit hun streekfunctie meer autonomie en minder provinciale inmeningen vergen.
Er moet voor ontwikkeling van de vijf grote steden een link zijn met provinciale kerntaken.